Veel kinderen van 9-12 jaar worden online geconfronteerd met bloot (66%) en/of met seks (35%). Meer dan de helft (55%) van de kinderen geeft aan daar op school géén les over te krijgen. Dat blijkt uit een peiling van Rutgers, kenniscentrum seksualiteit, in samenwerking met het NOS Jeugdjournaal.
Zo zien kinderen bijvoorbeeld een vagina (34%), een stijve piemel (23%) of mensen die seks hebben (25%). De peiling komt op de eerste dag van de ‘Week van de Lentekriebels’, een landelijke projectweek waarin basisscholen relationele en seksuele vorming geven. Aan de peiling werkten 900 kinderen mee, geworven via het panel van No Ties.
Kinderen komen op verschillende manieren met online bloot- en seksbeelden in aanraking: 39% zoekt naar iets anders en ziet het ineens, bij 31% laten anderen de beelden zien, bij 25% verschijnt het zomaar op het scherm, 17% zoekt het zelf op. De meeste kinderen zien de beelden op computer, tablet of telefoon bij hun thuis (71%), ruim een derde (37%) bij een vriendje of vriendinnetje en 16% op school. Ze kwamen vooral via Google (41%) en YouTube (24%) bij deze beelden terecht. Bij het zien van de beelden kijkt een meerderheid van de kinderen (55%) wel even en klikt ze vervolgens weg, 21% blijft wat langer kijken en 19% klikt meteen weg.
In aanraking komen met seksueel getinte beelden
Rutgers vindt het zorgwekkend dat 40% van de kinderen in groep 8 aangeeft géén les te krijgen over hoe om te gaan met online bloot- en seksbeelden. Ton Coenen, directeur Rutgers, licht toe: “Deze kinderen staan op het punt om naar de middelbare school te gaan, waar ze niet alleen in aanraking kunnen komen met seksueel getinte beelden, maar bijvoorbeeld ook met sexting en grooming. Het is belangrijk dat zij al op de basisschool leren hoe ze hiermee kunnen omgaan, zodat ze voorbereid en weerbaar zijn.”
Praten over bloot- of seksbeelden
Het merendeel van de kinderen (59%) geeft aan met hun ouders te praten als zij bloot- of seksbeelden hebben gezien. Ruim een kwart (28%) van de kinderen die deze beelden hebben gezien, geeft echter aan het aan niemand te vertellen. Hoe ouder ze zijn, hoe minder vaak ze het aan iemand vertellen. Van de 9-jarigen vertelt 16% het niet, van de 12-jarigen 39%.
Een filter op je laptop plaatsen helpt, maar is volgens Rutgers niet de oplossing. “Kinderen zijn niet alleen thuis online; ook bij vriendjes/vriendinnetjes en op school. Ga met kinderen in gesprek over wat je kunt tegenkomen en hoe je daarmee om kunt gaan, over hoe je online met elkaar omgaat en over hoe je online je grenzen bewaakt,” zegt Ton Coenen.
Samen aan de slag
Rutgers roept scholen en ouders op om hier samen mee aan de slag te gaan. Scholen kunnen ouders ondersteunen bij de seksuele opvoeding door bijvoorbeeld ouderavonden te organiseren. In Nederland is seksualiteit en seksuele diversiteit sinds 2012 opgenomen als verplicht onderdeel in de kerndoelen voor het basisonderwijs. “Scholen zijn vrij om hier zelf invulling aan te geven, maar omgaan met seks in de media zou in het onderwijs zeker een plek moeten hebben.”
Week van de Lentekriebels
Van 20 t/m 24 maart 2017 vindt op basisscholen in heel Nederland weer de Week van de Lentekriebels plaats. Gedurende de projectweek leren de kinderen van groep 1 t/m 8 over hun lichaam, over relaties, omgaan met social media, en over zelfbeeld en seksuele weerbaarheid. Rutgers organiseert de projectweek in samenwerking met de GGD-en. In deze 11e editie staat het thema respect centraal. Meer staat op www.weekvandelentekriebels.nl.
De resultaten van het onderzoek zijn op maandag 20 maart 2017 uitgebreid te zien in de ochtend- en avondeditie van het NOS Jeugdjournaal: om 8.45 uur en 18.45 uur op NPO Zapp.
Reacties
Eén reactie op “Te weinig kinderen krijgen les over bloot en seks op het internet”
Doodgewoon zou dus eigenlijk blootgewoon moeten zijn?