We waren een middagje met de kinderen weggeweest en de kleuter mocht een vriendinnetje meenemen. Aan het eind van de middag brachten we het vriendinnetje weer naar huis. De dreumes en peuter zaten achterin de auto al lekker te slapen, terwijl de kleuter en haar vriendinnetje nog vrolijk zaten te kletsen.
Ineens werd het ijzig stil achterin de auto. Het vriendinnetje was verdrietig, want de kleuter had gezegd dat ze niet op haar feestje mocht komen. Het vriendinnetje wilde niet meer praten, want ze wilde eerst excuses. De kleuter wilde haar geen excuses aanbieden, want het was maar een grapje. Dat het grapje niet in goed aarde viel, kon haar niet deren. De kinderen stonden schaakmat, of zoals ik tegen mijn collega’s zou zeggen “in een deadlock”.
Na een paar lijmpogingen, gaven wij het op. We hoopten dat dit probleem zich vanzelf zou oplossen, maar bij het vriendinnetje thuis aangekomen, was er nog steeds niets aan de situatie veranderd. De meiden weigerden nog tegen elkaar te praten. We wilden de twee vriendinnen natuurlijk niet op deze manier stilzwijgend afscheid laten nemen, dus mijn vrouw besloot nogmaals te bemiddelen.
En dat lukte. De lucht was geklaard, totdat we de deur uitliepen. Want bij de deur dacht de kleuter nog even lollig te zijn en riep: ”Nou, tot nooit meer hè!”